Paragrafen

Lokale Heffingen

De gemeentelijke belastingen omvatten de onroerende-zaakbelastingen, de hondenbelasting, de reclamebelasting en de toeristenbelasting.

Onroerende-zaakbelastingen (OZB)
In geld gemeten is de onroerende-zaakbelasting de belangrijkste belasting. Voor woningen en niet-woningen betalen alleen de eigenaren OZB. De opbrengstraming van de onroerende-zaakbelasting (OZB) is in de gemeentebegroting 2022 gebaseerd op de waarde van de onroerende zaken en de verwachte minder- en meeropbrengsten van respectievelijk sloop en nieuwbouw van woningen en niet-woningen. Voor de berekening van de tarieven voor 2022 wordt uitgegaan van de WOZ-waarde per 1 januari 2021.

Voor het belastingjaar 2022 worden alle onroerende zaken gewaardeerd naar een waardepeildatum van   1 januari 2021. De prognoses duiden op een gemiddelde waardestijging van 1-1-2021 ten opzichte van  1-1-2020 van:

  1. Woningen

7,5%

  1. Niet-woningen

0,0%

In onderstaande tabel zijn de OZB-tarieven voor 2021 en de nieuwe tarieven 2022 (als percentage van de WOZ-waarde) opgenomen.

Tarief L-V 2021 in %

Tarief L-V 2022 in %

1.  Woningen:

a. eigenaren

0,07548

0,07113

2. Niet-woningen:

a. eigenaren

0,38734

0,39862

b. gebruikers

0

0


Eigenaren van woningen

Door een gemiddeld genomen lokale WOZ-waardestijging van woningen met 7,5%, wordt voorgesteld het tarief van eigenaren van woningen te verminderen met 7,5% en daarna te verhogen met een prijsindexatie van 2,74% conform de meest recente Macro Economische Verkenning en de uitgangspunten voor de begroting zoals opgenomen in de kadernota 2021.

Eigenaren van niet-woningen
Door een gemiddeld genomen gelijkblijvende lokale WOZ-waardeontwikkeling voor niet-woningen van 0,0% wordt voorgesteld om het tarief van eigenaren van niet-woningen te verhogen met een prijsindexatie van 2,74% conform de meest recente Macro Economische Verkenning en de uitgangspunten voor de begroting zoals opgenomen in de kadernota 2021.

Gebruikers van niet-woningen
Voor de gebruikers van niet-woningen blijft het tarief in 2021 op 0%.

Precariobelasting
Vanaf 1 januari 2022 is het wettelijk niet meer mogelijk om precariobelasting te heffen op kabels en leidingen van nutswerken. In de meerjarenbegroting (vanaf 2018) is hier reeds op geanticipeerd.   

Deze pagina is gebouwd op 11/22/2021 15:38:28 met de export van 11/19/2021 14:04:14